dinsdag 17 januari 2012

De reis naar Nairobi

Een lekke olie carter en een  kapotte achterwielophanging maakt het onmogelijk om op eigen kracht naar Nairobi te reizen. Gelukkig hebben we al een nieuwe carterpan laten opsturen (hiep hiep hoera voor de satelliet-telefoon; vanaf de savanne in Afrika een carterpan bestellen!) en contact gezocht met de BMW dealer ter plaatse.

We besluiten een vrachtauto in te huren om ons naar Nairobi te brengen. De vrachtauto is zo geregeld, de prijs bepaald, maar komt natuurlijk nooit opdagen. Ook het mannetje via wie we het geregeld hebben is volledig zoek. gelukkig komt een andere Keniaan zijn diensten aanbieden. En zowaar, anderhalfuur later staat onze auto in de vrachtauto en dan begint het grote wachten. Waarop weet niemand, men moet nog naar de bank, even eten en weet ik veel.

Na vele uren komt er plotsklap een andere chauffeur opdagen en vertrekken we. Ook een lege truck gaat mee, want collega rallyrijders Martin en Jose staan met pech 100 kilometer verderop. Als een ware Jan de Rooij stuur de chauffeur onze vrachtwagen over één van de slechtste wegen van Afrika (en waarschijnlijk heel de wereld). Fantastisch om te zien, maar dodelijk voor onze auto. De spanbanden waarmee de auto vast staat breken binnen 10 kilometer en de rest van de rit danst de auto achterin de bak. Zo wordt een prachtige BMW binnen twee dagen omgetoverd tot een wrak en we betalen er ook nog voor.

's Nachts om drie uur arriveren we in Nairobi, de vrachtwagen wordt geparkeerd om een bewaakte stalling en wij duiken het dichtsbijzijnde hotelletje in voor een paar uur slaap. Ergens las ik dat Nairobi een kosmopolitische stad is, maar dat deel hebben we zeker niet gezien; vies, oud, vuil en kapot. Het maakt me niet meer uit, ik wil slapen!


Geen opmerkingen:

Een reactie posten